De preek van Eugene, getiteld “Een leven van gerechtigheid”, draait om de vraag hoe wij als gelovigen kunnen leven in overeenstemming met Gods gerechtigheid. Eugene begint met een reflectie op het Koninkrijk van God: het is al deels gekomen met Jezus, maar zal pas volledig zichtbaar worden bij Zijn wederkomst. In de tussentijd leven wij in verwachting, geroepen om gerechtigheid te zoeken.
Gerechtigheid, zo legt hij uit, is allereerst een eigenschap van God zelf – God is rechtvaardig. Hij handelt trouw en eerlijk, en doet wat Hij belooft. Vervolgens legt Eugene uit dat wij als mensen gerechtvaardigd zijn door geloof in Jezus Christus. Dat betekent dat we volledig vrijgesproken zijn van schuld; God ziet ons zoals Hij Adam en Eva zag vóór de zondeval. Vanuit die vrijspraak volgt de oproep om ook zelf rechtvaardig te leven – om eerlijk, zuiver en trouw te handelen, zoals in Micha 6:8 staat: “Er is jou, mens, gezegd wat goed is: recht doen, trouw betrachten en nederig wandelen met God.”
Eugene maakt het thema praktisch door zijn persoonlijke zoektocht te delen. Na een bezoek aan Haïti werd hij diep geraakt door de armoede, maar merkte ook hoe snel dat gevoel vervaagde. Daarom stelde hij zichzelf de vraag: hoe leef ik structureel een leven van gerechtigheid, in plaats van slechts te reageren op impulsen? Hij vond antwoord in zes gedachten. Twee daarvan besprak hij uitgebreid: erken dat je gezegend bent om anderen te zegenen, en erken dat de nood in de wereld te groot is om alleen te dragen.
Hij benadrukt dat gerechtigheid niet betekent dat je álles moet doen. God vraagt niet dat je de hele wereld redt, maar dat je zorgt voor jouw “kleine stukje” – een hoekje van de wereld waar jij verschil kunt maken. Hij deelt voorbeelden uit zijn eigen leven, zoals langdurige inzet voor psychiatrische patiënten, asielzoekers en mensen met psychische problemen. Betrokkenheid vraagt trouw, zegt hij. Niet voor een seizoen, maar voor de lange termijn.
Tot slot bemoedigt hij zijn luisteraars om na te denken over hun eigen “kleine stukje” in Gods wereld. Wat ligt binnen jouw bereik? Wat vraagt God van jou, vandaag? Hij sluit af met de geruststellende boodschap dat we ons niet schuldig hoeven te voelen over wat we níét kunnen doen – zolang we trouw zijn aan datgene wat God wél in onze handen heeft gelegd.