De preek van Wouter met de titel “Gods trouw in verzoekingen” richtte zich op het thema van Gods trouw tijdens momenten van beproeving en verzoeking. Hij begon met het citeren van Psalm 23, waarin God wordt beschreven als een herder die ons door de moeilijkste tijden leidt. Wouter benadrukte dat, hoewel verzoekingen en beproevingen niet van God komen, Hij ons wel de kracht geeft om deze te doorstaan. Hij verwees naar Jakobus 1, waar staat dat beproevingen volharding voortbrengen, en dat deze volharding ons tot volmaaktheid leidt.
Wouter benadrukte dat verzoekingen vaak komen door onze eigen begeerten of door de duivel, en dat het belangrijk is te erkennen dat God ons nooit zal verzoeken met kwaad. Hij haalde 1 Korinthe 10:13 aan, waarin staat dat God ons niet zal laten verzocht worden boven wat we aankunnen, en dat Hij altijd een uitweg biedt.
Verder maakte Wouter een onderscheid tussen verzoekingen en beproevingen. Beproevingen komen van God en dienen om ons te testen en te louteren, zoals goud dat in het vuur wordt gereinigd. Het doel van beproevingen is om ons te vormen naar het beeld van Christus en ons geloof te versterken.
Hij eindigde met het belang van nederigheid en intimiteit met God, en moedigde de gemeente aan om dagelijks Gods Woord te lezen en Hem te vertrouwen in alle omstandigheden. Hij besloot met een gebed dat gericht was op Gods reiniging en loutering van ons hart, en leidde de gemeente in het zingen van een loflied.
Kortom, de preek was een bemoediging om te volharden in geloof tijdens moeilijkheden, vertrouwend op Gods trouw en voorziening.